In 1949 komen er opnieuw een 20-tal Saurer bussen in dienst,
met de nummers 361-380.
De opbouw was voorzien met een prachtige Verheul carrosserie,
en wel van een model die niet bij een andere onderneming voor kwam.
Dit model werd ook het symbool van de GTW,
en werd gebruikt ter illustratie van dienstregelingen en folders.
In verband dat een tweetal wagens (een 3e als reserve) omgebouwd
werden voor de lange afstand verbindingen in opdracht van het
reisbureau Transbus, werd dit bustype ook een symbool voor Transbus.
Deze bussen werden in 1954 vernummerd in 321 t/m 340 (niet in deze volgorde), waarbij de twee Transbus wagens eerst nog de nummers
398 en 399 kregen opgediend, en pas in 1956 vernummerd werden in 339-340 voor ombouw naar een lijndienstinterieur.
Ondanks dat hun tijd ten behoeve van Transbus was uitgediend,
bleef dit model nog jarenlang het symbool van Transbus,
zoals bovenstaande advertentie in de diverse GTW dienstregelingboekjes.